PLANTEN IN DE SPOORKUIL
VAN WOLFSMELK TOT EN MET ZEEPKRUID
Wolfsmelk (Heksenmelk) Euphorbia Esula (waarschijnlijk) vaste plant.
Giftig, bevat medisch bruikbare stoffen ( met bijtende giftige melksap!) Hildegard van Bingen beschreef de plant al in de Middeleeuwen. De naam wolfsmelk heeft te maken met het giftige melksap dat vrijkomt als de stengels doorbreekt. Het sap heeft een bijtend en branderig (met name voor huid en ogen) effect en de wolf (in de betekenis van de duivel) werd gezien als de veroorzaker.
Waardplant voor twee soorten nachtvlinders en de Wolfsmelkwespvlinder.
Wouw Reseda Luteola 1-, 2-jarig
Klassieke verfplant , al vanaf de prehistorie (geel). Vanaf de IJstijd kwam de plant voor in Midden Europa. Door de teelt verder door Europa verspreid. Komt hier in het wild voor. Stamt uit de reseda-familie. Waardplant voor bijvoorbeeld het Groot Koolwitje. Wouw heb je in het verleden in de spoorkuil gevonden, maar in het afgelopen, zeer droge jaar, vooraan bij de trap hoek Thijmstraat/Tollensstraat voor het laatst. ( Groeit nu overvloedig bij de bouwplaatsen tussen de stad en het Honingcomplex in Nijmegen).
Zandblauwtje Jasione montana 1-, 2-jarig, overblijvend
Veel voorkomende plant, zaait zich uit door openspringende zaden. Typerende plant voor Jeneverbesstruweel en vergelijkbare plekken met arme, vaak drogere grond.
Bijen- en insectenplant, Indicatorplant Het zandblauwtje is de waardplant voor de mot Cochylis pallidana
Zandkool Grote Diplotaxis Tenuifolia Overblijvend
Eetbaar , de wilde voorloper van Rucola (de kleine zandkool groeit hier ook, maar smaakt totaal niet lekker) Waardplant voor het Grote Koolwitje en de Late Koolmot.
Zeepkruid Saponaria Ocymoides of Officinalis
Overblijvend, bloeit begin zomer, vaak in nazomer voor de tweede keer. Bevat saponine, zeepstof dat giftig is, maar wel sterk schuimvormend werkt. Medisch vroeger gebruikt voor vele ziektes als ademhalingsproblemen en rheuma.
Gebruikt als wasmiddel en vlekkenmiddel.
Voor de mot Het Zeepje is zeepkruid de waardplant. En de nachtvlinder de Gelijnde Silene-uil laat zijn rupsen op zeepkruid leven en eten.