Groene, witte, met paarse kopjes, wilde asperges – wat wil ik in mijn tuin!? En wat wil ik eten!?
Er zijn ook meerdere net uitlopende planten waarvan we die uitlopers als asperge kunnen eten.
Denk maar eens aan de uitlopers van hop, die echte delicatessen zijn.
Ook hier komt echte asperge in de natuur voor. Soms zijn het verwilderde exemplaren van geteelde planten. In de omgeving van streken waar asperge geteeld wordt vindt men ze vaker.
De Wilde of Liggende Asperge = Asparagus Tenuifolius tegenwoordig vaker Asparagus officinalis subsp. Prostratus genoemd, is een hier in het wild voorkomende plant waarvan de oorsprong of hier of misschien in het Middellandse zeegebied ligt. Omdat de tuinasperge al bijna 5 eeuwen wordt geteeld is de oorsprong daarmee onduidelijk. De Liggende asperge komt zeer zeldzaam voor langs de Noordzeekust en op enkele wadden-eilanden in België en Nederland, verder nog langs de kust verder tot langs de Oostzeekust en aan de Noordzee en Atlantische kust naar het zuiden. Ze groeien meestal tussen gras op zonnige, vaak voedselarme plekken in zeeduinen en op rosten langs de kust. Deze meestal over de grond uitlopende plant kan wel 180 centimeter lang worden. Aan kale, meestal net boven de grond geknikte stengel zitten naaldvormige, grijsgroene blaadjes in bundels tot wel tien stuks.
De plant bloeit in mei tot juli met bloemetjes (een of per paar) in de bladoksels met klokvormige, kleine gele bloemetjes. Het vormt bessen die uiteindelijk felrood worden.
Onder plantkundigen is er allang een discussie of deze twee beide hier in het wild voorkomende asperges (de liggende en de tuin) ondersoorten van de geteelde asperge zijn of echt twee verschillende aparte planten. De tuinasperge of geteelde asperge komt in ons land ook in het wild veel meer voor en zeker rond gebieden waar aspergeteelt plaatsvindt of heeft plaatsgevonden.
GANGBARE ASPERGETEELT
De jonge scheuten van de Tuin-Asperge = Asparagus officinalis subsp. Officinalis worden geteeld als groente. Om een langere vlezige stengel te krijgen worden de rijen Aspergeplanten met cakevormige zandwallen van ongeveer drie decimeter hoogte bedekt. De planten zijn na drie jaar oogstbaar en gaan daarna nog een jaar of twaalf mee. Er zijn witte of wit-paarse asperges en groene asperges. De eerste groeien onder de grond, de tweede boven de grond. In Noordwest-Europa worden meestal de helemaal witte asperges gekweekt, in landen als Italië vaker groene asperges. Asperges werden al rond 2700 voor Christus gegeten. Ook de Romeinen wisten de groente twee eeuwen voor Chr. al te waarderen. Na de val van het Romeinse Rijk is de aspergeteelt in Europa verloren gegaan. Hier is de kennis ervan verdwenen, maar werd wel bewaard in het oostelijk Middellandse zeegebied. Waar de plant ook misschien van oorsprong vandaan kan komen. En vanaf de 15e eeuw keerde de aspergeteelt in Europa terug vanuit Spanje ( na de Arabische verspreiding). Vanaf de 17e eeuw werd de asperge in Frankrijk en in sommige andere West-Europese landen gekweekt. In Nederland worden sinds de negentiende eeuw op grotere schaal asperges geteeld. Het meest in Noord-Limburg, maar ook in andere delen als Twente en Groningen. In 2003 werd in Woerden bij archeologische opgravingen een mes gevonden met de afbeelding van een asperge. Mede daardoor wordt aangenomen dat de asperge in Nederland al in de Romeinse tijd werd gegeten. In België worden natuurlijk ook asperges gekweekt zeker in de streek rond Mechelen.
AANPLANT:
Over de teelt en het opzetten van bedden voor asperge-teelt is veel informatie te vinden. Asperge kan je ook als gewas in je eetbare tuin zetten, zonder de bedden te verhogen. Je kunt dan in het voorjaar een deel van de uitlopers oogsten. Zelf uitzaaien blijft daarbij een mogelijkheid.
Wilde soort: Uit Italië komt een nadere variëteit van Asperge. De Asparagus officinalis var. Maritimus. Zeg maar zee-asperge.
Deze kunnen we ook hier uit zaad telen. Zaaien in april tot juli. Het beste in een zaaibak. Als de plantjes 10 centimeter hoog zijn, uitplanten op 20 x30. Pas het volgende jaar op een licht verhoogd bed naast elkaar uitplanten. Deze plant levert enkele jaren heerlijk dunne groene uitlopers, die eigenlijk niet geschild hoeven te worden en na kort blancheren heerlijk te ten zijn.
Naast zaad wordt ook soms de planten van de zee-asperge begin van de zomer hier aangeboden.
Ook Bosvogelmelk = Ornithogalum pyrenaicum een hyancintsoort wordt hier soms als “wilde” asperge aangeplant en verkocht. De uitlopers zijn net zo te bereiden en smaken wel iets anders , maar best lekker.
MEDISCH:
Vroeger gebruikt als medicijn tegen bijensteken, hartproblemen, duizeligheid en tandpijn. Het werd ook gebruikt als urine-drijvend middel en zelfs als laxeermiddel. In asperges komt aminozuur asparagine voor dat de nierfunctie stimuleert. Een tijd na het eten van verse asperges heeft de urine bij ongeveer de helft van de mensen een merkwaardige geur, doordat de zwavelhoudende stoffen in de asperge in het lichaam worden omgezet in vluchtige verbindingen.
De gedroogde wortel is een bestanddeel van blaas en nier thee. Het wordt als pro-phylakticim bij nierstenen gebruikt.
INHOUDSSTOFFEN
In de wortel: Asparagine, Arginine en Steroid-saponine
EETBAAR
De jonge uitlopers worden als groente gegeten. Ook worden de jonge uitlopers van asperges bereid voor personen met een zoutarm dieet, omdat deze ook zonder zout een eigen, aangename smaak heeft.
RECEPT
RISOTTO MET WILDE ASPERGES
- ½ kilo asperge-uitlopers
- 1 eetlepel olijfolie
- 150 gram roomboter
- 6 kleine sjalotjes, gepeld en fijngesneden
- 350 gram risottorijst
- 1 liter groentebouillon (zelfgemaakt met groenteresten)
- 1 glas droge witte wijn
- 100 gram geraspte oude, harde kaas (parmezaan of overjarige stolkwijkse)
- Wat verse basilicumtakjes
- Zeezout en peper uit de molen
Snij de onderkantjes van de asperge-uitlopers. Snij dan de kopjes eraf en de rest in 3 a 4 stukjes. Houd de kopjes apart.
Neem een pan met een dikke bodem, smelt daarin de boter, voeg de olie erbij. Fruit hierin de stukjes sjalot een minuut of vijf, maar kleur ze nauwelijks. Voeg dan de stukjes asperge-uitlopers erbij en bak die een minuut of twee mee. Voeg nu de rijst erbij en roer goed, zodat de korrels licht aangebakken worden en met een laagje boter omgeven zijn.
Voeg nu de wijn erbij en laat die bruisend verdampen. Voeg de helft van de bouillon erbij, deksel erop en laat alles op een laag vuur 9 minuten koken.
Dan de pan openen, de rijst doorroeren de rest van de bouillon toevoegen en nog 7 minuten met de deksel erop tegen de kook aanlaten.
Dan voeg men de kopjes van de asperge toe en laat dit nog 2 minuten op het vuur.
Haal de pan van het vuur, voeg de geraspte kaas, de blaadjes van de basilicum en naar smaak peper en zout toe. Doorroeren, deksel op de pan en vijf minuten laten staan.
In plaats van basilicum, kan men ook platte peterselie toevoegen. Met iets minder kaas zou men 2 ansjovisfilets uit het zout in kleine stukjes erdoor kunnen mengen. Dan hoeft men natuurlijk geen zeezout te gebruiken.
Ook een paar kappertjes fijngehakt smaken er erg lekker door.
Ben je in een culinaire chique bui, rasp dan op het laatst er wat, maar niet te zuinig, zwarte truffel over (de zomerversie is al prima).