Brem (Cytisus scoparius) groeit vaak op kalkarme grond, vaak in de halfschaduw van bomen. Bij veel heide-velden te vinden. Het is een heester met vele sliert-achtige takken tot 2 meter hoog. Heeft erg slanke, buigzame, groene, kantige twijgen.
Bladeren: klein, enkel of driedelig. Brem draagt in mei – juni vele gele bloemen die veel vlinders, bijen en hommels aantrekt. Soms bloeit brem in september-oktober nog een keer.
Na de bloei verliest brem vaak veel bladeren en blijven de peulen zichtbaar aanwezig. Eerst groen, plat en langwerpig. De peulen zijn aan de rand harig en worden na rijping zwart.
Brem groeit op zonnige plaatsen op voedselarme, droge, zure tot zwak zure, kalkarme en vaak omgewerkte grond (zand, leem, veen en löss).
AANPLANT
Gewone gele bremplanten zijn vaak te koop. Het is nooit een erg dure plant, alleen voor de soorten op stam in afwijkende kleuren wordt soms best veel geld gevraagd. Er bestaan gekweekte witte en rode variëteiten. Koop altijd bremplanten met kluit, want anders wortelen ze niet of matig. Het beste kan deze planten in april aanplanten in een wat arme, zanderige licht zure bodem.
Men kan brem ook zelf uitzaaien. Het beste eerst op een zaaibed en na kieming de kleine plantjes uitplanten op minimaal 60 cm. Naast van de gewone brem is ook het zaad van de verfbrem te koop. Het zaad van brem kan je ook zelf oogsten (de peulen zijn zeer zichtbaar), het houdt zeker 5 jaar zijn kiemkracht.
GEBRUIK
De bast werd vroeger gebruikt om zijn vezels voor de fabricage van papier en stoffen. De takken worden gebruikt om bezems van te maken. Brem is een bekende verfplant.
MEDISCH
Het is een oud plantaardig geneesmiddel bij hartklachten en als plas-bevorderend middel. Het werd vroeger breed ingezet zoals bij geelzucht, licht, nierstenen en leverproblemen. Omdat er geen precieze onderzoek bestaat naar de werking van brem en de combinatie van stoffen werkzaam in brem, wordt medisch gebruik sterk afgeraden. Stoffen uit brem worden tegenwoordig wel in geneesmiddelen benut bij hart- en nierproblemen.
INHOUDSSTOFFEN
Bloemen: Chinolizidinalkaloide ( 1-2%) ( deze stof kan giftig werken bij hoge dosering), Tyramine ( stof die bijvoorbeeld in kaas voorkomt en waarvan het percentage hoger wordt als de kaas ouder en rijper wordt) en Scoparine ( kleurstof die bij hoge dosering vergiftigingsverschijnselen geeft). Oppassen bij zwangerschap.
EETBAAR
De bloemen zijn rauw eetbaar en worden gebruikt om wijn te maken. Oogsttijd: mei (begin van de bloei). Brembloemen hebben een eigen, best bijzondere nootachtige smaak.
PAS OP –

Ook Gaspeldoorn heeft gele bloemen en wordt vaak brem genoemd, maar van dichtbij is duidelijk te zien dat het een andere plant is, zeker door de scherpe doorns die gaspeldoorn bezit.

Anders is de verwarring met de Bezemstruik ( Spartium Junceum) waarbij vergiftigingsgevallen na het drinken van thee van de bloemen hebben voorgedaan, die alleen door de sterke geur en de iets andere bloemen anders is.

Dus pas op!
RECEPTEN
SALADE met brembloemen
De jonge bloemen zijn erg mooi om door een salade te mengen of anderszins als garnering te gebruiken. Passen goed bij tomaten en salades met champignons.
BREM IN HET ZUUR
Men kan bijna nog niet uitgekomen bloemen en bloemknoppen overgieten met azijn met een oplossing van per 1/10 liter een ½ theelepel zout. De eerste 10 dagen regelmatig doorroeren. Dan zijn ze geschikt voor sauzen en salades. Goed afgesloten lang bewaarbaar (natuurlijk niet in de zon bewaren).
BREMBLOEMENWIJN
- 2 ½ litermaat vol brembloemen
- 5 liter water
- 1,1 kilo rietsuiker
- 2 onbehandelde citroenen en 2 onbehandelde sinaasappels
- 1 kopje zwart thee
- Wijngist
Gebruik voor de wijn alleen bloemen, die helemaal open zijn.
Neem een gistvat, doe daar de bloemen en het sap van de citrusvruchten in. Het kopje koude zwarte thee kan je ook gelijk toevoegen. Kook het water, voeg de schillen van de sinaasappel en citroen toe, dan de suiker erbij en roer totdat de suiker helemaal is opgelost. Giet het heet over de bloemen. Laat de vloeistof afkoelen tot het lauwwarm is en voeg dan de gist erbij. Wel weer goed roeren. Dek het gistvat af en zet het op een lauwwarme plek, niet in de tocht en direct zonlicht. Roer wel een of twee keer per dag alles om en kijk gelijk of het goed fermenteert. Zeef na vier hele dagen de vloeistof en giet het in een fermentatiefles met waterslot. Laat de wijn fermenteren totdat de gisting is gestopt. Filter de wijn, bottel het in flessen en zet deze koel in het donker weg. Het geeft meestal een vrij droge smaakvolle witte wijn, die licht goudgeel van kleur is.
//
weet je wel heel zeker dat je de goede bremsoort voorsteld om dranken van te maken? de schotten gebruiken juist de Ulex europaeus.
ik heb zelf even geen tijd om t na te trekken