GASPELDOORN zou je kunnen planten als je echt een natuurlijke, soms eetbare omgeving wilt.
Volgens mij is permacultuur veel meer dan een methode om een natuurlijke eetbare kweekplek voor eten te realiseren. Het is een denkmethode die het ons mogelijk maakt om onze hele leefomgeving gezonder en leefbaarder te maken en zelfs systemen daarvoor als samenwerking, besluitvorming en de economie daarvan mee vorm te geven.
Kijken we als voorbeeld naar de natuur, dan zien we een proces van een nooit stoppende opvolging. De naakte bodem wordt gekoloniseerd door wat wij onkruid noemen. Dit wordt vervolgens overgroeid door woekerende planten als braam. Daartussen vinden pionier-bomen als berk, els en gaspeldoorn hun plek. Deze stabiliseren de bodem, waarbij els en gaspeldoorn stikstof binden. Dit geeft aan veel langzamer groeiende bomen als eik, taxus en beuk de mogelijkheid hier te groeien. Maar die planten ontwikkelen zich niet alleen. De van die beplanting etende dieren en insecten en grotere invloeden als overstromingen, klimaat, het ritme van de seizoenen en het weer met zijn stormen breken die bomen weer af en maken van het landschap een soort gaten-kaas, waar weer andere ontwikkelingen mogelijk worden.
Met een dergelijk beeld voor ogen zouden we ook onze eetbare omgeving en zeker voedselbossen moeten inrichten. Dus plant er zeker wat els en gaspeldoorn. Niet omdat ze voor ons eventueel eetbaar zijn, maar omdat ze invloed hebben op de mogelijke diversiteit van onze woonomgeving.
GASPELDOORN Ulex Europaeus hoort bij de familie van de Leguminosae. Hier en daar veel voorkomende, maar vaker vrij zeldzame doornstruik. Groeit als pionier-soort op zandgrond, heide en in de binnenduinen langs de Noordzee en Atlantische kust.
Kan wel tot 2 meter uitgroeien. De gele kenmerkende bloemen bloeien in april tot juni, maar soms al in december of januari. Wordt vaak van een afstand gezien verward met brem, die tot dezelfde plantenfamilie hoort, een vergelijkbare bloemkleur heeft en ook op vergelijkbare plekken kan groeien.
-
Gaspel is een vergelijkbaar woord als gesp en inderdaad werden de doorns in de Middeleeuwen vaak gebruikt om kleding te sluiten.
De grijsgroene blaadjes hebben een stekelige punt en de takjes eindigen in een niet afbrekende glanzend bruine harde punt. De gele, 2 cm. lange bloemen zitten aan korte twijgjes in de oksels van de bladdoorns. De vrucht is een doosvrucht: een peul die maar een paar (giftige) zaden bevat.
Gaspeldoorn was in gebruik als groen-bemester(stikstof binden), brandhout en als doornhaag. Vroeger werd de struik ook bij huizen aangeplant om er de was op te kunnen drogen. Want door de doorns waaide de was niet weg. Er werd kleurstof uit de bast gewonnen.
AANPLANTEN
Uitplanten van jonge struikjes. Plantjes van redelijke grootte kosten rond de 3 euro. Plant ze wel met minstens drie tegelijkertijd, maar wel op minstens 80 tot 110 cm. van-elkaar. Een rij gaspeldoorn-struikjes is een goede vee-scheiding. De dieren eten er gewoonlijk nooit van. Groeit ook goed op arme zandgrond en bosranden.
INHOUDSSTOFFEN
Gaspeldoorn bevat het giftige cytisine. Cytisine is een plantaardige giftige stof die voorkomt in onder andere brem, goudenregen (in de zaden heel veel tot 3 %, maar in de bloemen toch nog 0,2 %) en gaspeldoorn. Het is tegenwoordig een stof waar onderzoek naar gedaan wordt omdat het erg helpt om mensen met roken te laten stoppen. De giftige stof zit vooral in jonge uitlopers en de zaden en niet in de bloemen in volle bloei. Daarom wordt aangeraden bloemen vol in de bloei te plukken (wel met handschoenen aan) en deze verder te verwerken.
De plant bevat ook nog wat samengestelde suikers als Ulexlectine, dat medisch gebruikt wordt om kankercellen te markeren.
GEBRUIK
Behalve de bloemen vol in de bloei moet je andere delen van de plant dus nooit gebruiken.
Van de verse en gedroogde bloemen van gaspeldoorn werd en wordt thee gezet en vaker (erg lekkere) wijn gemaakt.
RECEPT
GASPELDOORNTHEE
- 1 volle eetlepel versgeplukte bloemen (die wel helemaal in bloei moeten staan)
- 2 ½ liter water
- Honing naar smaak
Druk de bloemen zonder steeltjes helemaal plat in een pan. Gebruik hier bijvoorbeeld een stevige houten lepel voor. Breng het water aan de kook en giet dat kokend over de geplette bloemen.
Laat de thee zeker 7 tot 10 minuten (eventueel op een zacht vuur) trekken. Zeven en eventueel met bloemenhoning op smaak maken.
Gebruikt men gedroogde bloemen, dan is een halve eetlepel genoeg voor 2 ½ liter gaspeldoorn-thee.
//
De getekende bloemen en planten vind ik het mooist. Daarop kan ik goed zien om welke soort plant het gaat. Dank hiervoor ( vanuit Portugal waar gaspeldoorn overal bij ons op het terrein voor komt).