Gele morgenster = Tragopogon pratensis is een tweejarige plant uit de familie der composieten. Na de korte bloei, vaak in het begin van de zomer, vormt de gele morgenster een pluizenbol vol zaad, net als bijvoorbeeld de paardenbloem, alleen wel twee keer zo groot. Zo zorgt de morgenster er zelf effectief voor zich voort te planten.
Alles van de gele morgenster is eetbaar, zeker de penwortel, maar niet alle tijd lekker. Het beste kan men de penwortel voor de bloei oogsten. Het is familie van de schorseneer. Bijen en vlinders zijn dol op deze plant. Bij afbreken van de bladsteel komt er wit melksap uit.
Het gele bloemhoofdje van deze plant sluit zich tegen de middag. De enige bloemen die de plant draagt zijn de gele lintbloemen, waarvoor je echt vroeg op moet staan. Het blad van de gele morgenster is grasachtig en onbehaard.
De plant van nature hier voor (niet zo vaak in Drenthe en delen van Friesland) en verkiest zonnige, iets open tot grazige plaatsen op droge tot vochtige, matig voedselrijke, humus-houdende, al of niet kalk-houdende grond. Je vindt gele morgenster in bermen, grasland (ruige grazige plaatsen, licht ruderaal grasland, vochtig, bemest grasland, hoge delen van uiterwaarden en hooiland), rivierdijken, langs spoorwegen, zee-duinen, plantsoenen en omgewerkte grond. Het staat op de rode lijst, maar is zeker niet bedreigd. Op plekke waar het groeit valt het zeker na of in de middag niet op tussen andere veldbloemen.
AANPLANT
Zaad wordt door meerdere zaadhuizen aangeboden. Ter plekke uitzaaien op een zaadbed. Wel het zaad licht afdekken (eventueel met een doek) want het zaad kiemt niet in het licht. Redelijke compostrijke, niet te natte grond voldoet.
MEDISCH
De inuline bevattende wortel is net als schorseneer goed voor diabeten. Gebruikt als middel bij maag- en darm-problemen. Het is bloed-reinigend en zweetdrijvend.
INHOUDSSTOFFEN
Aminizuren, mannitol, melksap met rubber, alfa- en beta-lactucerol, lactucine en inosiet. Verder vooral coniferine en inuline.
Ter informatie: Coniferine kan omgezet worden tot vanilline (vanille-smaak).
EETBAAR
De wortel kan rauw of gekookt worden gegeten en hebben een zoete smaak. Jong smaken de wortels rauw wel lekker, oud zijn ze rauw niet lekker. In Frankrijk heet de gele morgenster “weide-schorseneer”.
Jong blad en scheuten kunnen ook worden gegeten. Ook nu moet je ook het blad eigenlijk alleen in de lente eten. De bloemstengel inclusief bloemknoppen worden gekookt en gegeten als bijvoorbeeld jonge hopscheuten of asperges.
RECEPT
ONTBIJTDRANK met gele morgenster bloemknoppen en scheuten
- 1 handvol gele morgenster scheuten met eventueel bloemknoppen
- Net zoveel krukandijvie blad
- 3 gedroogde, in kruidenthee voorgeweekte pruimen
- Sap van een halve citroen
- Kleine stukje geraspte gember
- Wat kaneel
- Eventueel wat bloemenhoning
In een blender of met een staafmixer fijnmaken en aanvullen met ijskoud water naar smaak.
//
Leuk prachtige bloemen
//
Tijdens een pluk-wandeling langs de oever van de Schelde te Antwerpen om 8u in de ochtend ontdekte ik voor het eerst hoe schitterend deze “gele morgenster” is !