Toch is het gebruik ervan wat omstreden omdat de plant variabele minimale hoeveelheid van de giftige stof Pyrrolizidine- Alkaloïde bevat. Gebruik daarvan over een langere periode kan ernstige leverbeschadiging met zich mee brengen. Gebruik je van de plant alleen in het vroege voorjaar met soms wat delen loopt men dan gevaar echter eigenlijk niet. Iedereen moet voor zichzelf daarbij beslissen om deze plant te eten of te grbuiken. Deze raad geldt trouwens voor de meeste groentes, die wij eten. Want zelfs een grote hoeveelheid peterselie rauw gegeten is voor ons als mens levensbedreigend.
BOTANISCH
(Gevlekt) LONGKRUID = PULMONARIA OFFICINALIS , maar ook SMALBLADIG LONGKRUID = PULMONARIA AUGUSTIFOLIA kunnen zowel in de keuken als van oudsher ook medisch gebruikt worden. Het is een plant uit de ruwbladigen, dus familie van Borage. Het groeit hier vooral in loofbossen. Deze zeldzaam voorkomende planten moet je echter in de vrije natuur zowel in Nederland als België niet plukken. Als in het voorjaar de meeste bomen nog geen blad hebben groeit longkruid onder de bomen in de prille lentezon uit. Uit de kruipende wortels van longkruid vormen zich rozetten van bladeren. Deze overblijvende plant past goed in een onder-begroeiing samen met speenkruid, sleutelbloemen, maartse & andere viooltjes en zevenblad. De blauw-achtig groene soms bijna hartvormige blaadjes aan deze ruw behaarde plant hebben vaak witte vlekken.
Aan de bloemstengels die wel 30 cm boven het bladrozet uitsteken vormen zich vaak al in maart klokvormige eerst roodachtige, later verkleurend naar licht blauw tot paarse bloemen. Aan longkruid blijven er tot midden zomer steeds nieuwe bloemen komen. Het is een echte bijen en hommelplant.
Meer informatie over deze plant in de vrije natuur: https://wilde-planten.nl/gevlekt%20longkruid.htm
AANPLANT
De vast plant kan men zelf uitzaaien. Voor de winter ter plekke zaaien, dan zal het zaad in het voorjaar meestal snel kiemen. Het volgende jaar heb je dan stevige planten staan. Door de wortelstokken en zelf uitzaaien blijft longkruid op geschikte plekken, vooral onder schaduw of halfschaduw onder hoge loofbomen zichzelf goed doorgroeien. Vreeken levert er zeker zaad voor.
INHOUDSSTOFFEN
Het kruid bevat veel stoffen. Zoals slijmstoffen als Arabino-galactenen, Polygalacturonemene en Rhamno-galacturonanene. Verder Fructan, 0,3 tot 0,5 % Flavonoiden, zoals O-Glikoside van Kamferolie en Quercetine. Looistoffen met 4% Catechine en 2% Tannine, 13-15% minerale stoffen als 2,5% oplosbare Kiezelzuur maar ook Allentonine, Ascorbinenzuur (3-4%) en in mindere mate Saponine, Chlorogeen- en Roosmarijn-zuur.
MEDISCH
De medische werking is al door Hildegard von Bingen beschreven. Door de bewezen werking als zweet-afdrijvend middel bij koorts en de verzachtende werking bij astmatische bronchitis werd het vroeger vaak medisch gebruikt. Er wordt thee van gezet bij ziektes van de Bronchiën en gebruikt bij omslagen bij huidontstekingen. De gedroogde plant inclusief wortel kan men tot poeder verwrijven en op wonden en verwondingen strooien.
GEBRUIK in de KEUKEN
Jonge uitlopers en blad wordt gebruikt bij voorjaarssalades en smoothies. Het geeft een zurige op augurk-lijkende smaak. Het past ook goed bij gerechten met brandnetel, gierst, dovenetel, en madeliefjes. De bloemetjes kunnen een salade erg mooi opfleuren.
Het jonge blad kan je als spinazie koken. Alleen in het vroege voorjaar (dus maart, april) voor de bloei gebruiken.